‘Om te beginnen natuurlijk lui zijn en schreeuwen,’ gaf de Nepschildpad ten antwoord, ‘en verder de verschillende onderdelen van het rekenen – optillen, afbekken, gemenevuldigen en stelen.’
‘Ik heb nog nooit gehoord van “gemenevuldigen”,’ waagde Alice te zeggen. ‘Wat is dat?’
De Griffioen hief zijn beide poten vol verbazing op. ‘Wat! Nog nooit van gemenevuldigen gehoord!’ riep hij uit. ‘Je weet toch wel wat gemeen is?’
‘Jawel,’ zei Alice aarzelend, ‘maar daarom weet ik nog niet wat gemenevuldigen is.’
‘Hoor eens,’ ging de Griffioen voort, ‘als je nou nog niet weet wat gemenevuldigen is, moet je wel een domkop zijn.’ *1
Spelen met taal, er zijn heel veel schrijvers die dat met veel kunde doen. Zo ook Lewis Carroll, in zijn welbekende boek Alice in Wonderland. Met grote fantasie laat hij Alice zwemmen in haar eigen tranen en oeverloos naar de verhalen luisteren van fantasiefiguren.
Hoe heet jij?
Natuurlijk heb ik iets met Alice in Wonderland. Vanaf het moment dat men mij naar mijn naam ging vragen en ik daar ook zelf antwoord op kon geven, hoorde ik steevast als reactie: ‘Oh, jij bent Alice in Wonderland!’ Jarenlang antwoordde ik daarop: ‘Gelukkig niet! Heb je dat verhaal weleens goed gelezen? Zo leuk is het niet hoor, in dat Wonderland.’ De manier waarop Alice van groot naar klein gaat, ze door iedereen wordt gecommandeerd, het boek staat vol met ‘moeten’. Over de fantasie hebben we het niet, die is werkelijk geniaal. Maar geef toe, wie wil er nu ook maar één dag in Wonderland zijn?
Mag ik u voorstellen?
Ik mag inmiddels ruim vier jaar vertoeven in mijn eigen Woordenland. De vraag ‘In welk land zou je het liefst willen wonen’, is dus niet zo moeilijk. Je verwonderen over woorden, zien hoe sommige schrijvers echt kunnen toveren met woorden, zelf woorden aaneenzetten die de prachtigste zinnen maken. Geef mij maar een enkeltje Woordenland! En als ik me nu mag voorstellen?
‘Alice in Woordenland, aangenaam.’
*1 Citaat uit Alice in Wonderland van Lewis Carroll.
Alice Bakker 