De Rups en Alice keken elkaar een poosje zwijgend aan; ten slotte nam de Rups de waterpijp uit zijn mond, en richtte zich tot haar met lusteloze, slaperige stem: ‘Wie ben jij?’ zei de Rups. Dat was geen bemoedigend begin voor een gesprek.
Alice antwoordde, nogal verlegen: ‘Ik –ik weet ’t niet goed, meneer, op het moment – ik weet wie ik was toen ik vanmorgen opstond, maar daarna ben ik wel een paar keer veranderd.’
‘Hoe bedoel je?’ zei de Rups strak. ‘Verklaar je nader!’
‘Het spijt me, maar ik kan mijzelf niet nader verklaren, meneer,’ zei Alice, ‘want ik ben mezelf niet, snapt u?’
‘Snap ik niet,’ zei de Rups. *1
Ik zei het al in mijn blog Wonderwoordenland, wie wil er nou in Wonderland zijn? In bovenstaand stukje probeert Alice aan een rups uit te leggen hoe verwarrend het is, om steeds van lengte te veranderen. En terwijl een rups ook ooit van gedaante verandert, snapt hij er niks van. Precies wat ik al jaren roep: zo leuk is het niet, in dat Wonderland. Toen ik de vraag las ‘In welk boek zou jij de hoofdpersoon willen zijn’, kon ik vooral bedenken in welk boek ik dat níet wilde zijn.
Mijn verhaal
Rest mij diep na te denken wat ik dan wél wil. Wil ik een moordenaar zijn? Een verlegen meisje? Een slachtoffer? Een dominante man? Liever een oplettende politieagent? Een irritante puber? Wil ik een sprookjesfiguur zijn? Nee. Ik schrijf het boek wel! Ik heb toch weer iets met Alice in Wonderland gemeen: ik geloof dat ik liever mezelf ben. Doet me denken aan een citaat uit een oud theaterstuk van Peter Faber: ‘Iedereen is de kampioen van zijn eigen verhaal’.
Hoofdpersoon van mijn eigen verhaal?
Lijkt me een prima rol!
*1 Citaat uit Alice in Wonderland van Lewis Carroll.