Vanaf de zijlijn heb ik het een klein beetje gevolgd: de discussie over genderneutraal. Echt zo’n onderwerp waar ik geen mening over heb. Maar nu het een taaldingetje geworden is, heb ik wél een mening. Volgens stemmers bij het Instituut voor de Nederlandse taal is genderneutraal namelijk het meest irritante woord van 2017.
Massaal oneens
Ik besteedde in mijn blog al eerder aandacht aan Weg met dat woord, toen ik mijn best deed om ‘hun hebben’ met de grond gelijk te maken. Won niet: diervriendelijk vlees was dat jaar de absolute winnaar. De uitslag van 2017 is een beetje aan me voorbijgegaan. Vreemd, want taalkwesties volg ik meestal op de voet. Ik heb zelfs aan de verkiezing meegedaan! Niet dat ik op genderneutraal gestemd heb hoor, persoonlijk ben ik meer tegen een woord als ‘shinen’, of ‘papadag’. Dat was het overgrote merendeel wederom niet met mij eens.
Irritant
Laatst heb ik voor het eerst een gemarkeerd genderneutraal toilet gezien. Toegegeven: hij moest zijn exclusiviteit delen met het rolstoeltoilet. Uiteraard was het niet het enige genderneutrale toilet dat ik óóit zag. Ik weet niet hoe het bij jullie zit, maar thuis plassen wij ook allemaal op dezelfde pot.
Wat ik me nou afvroeg, waarom vindt men het nou zo’n irritant woord? Omdat het teveel in het nieuws geweest is of omdat het een lelijke combinatie is van Engels en Nederlands. Ja, dat was zijn voorloper ‘unisex’ eigenlijk ook al. En daar zijn we goed in, in al die Engelse woorden in de Nederlandse taal. Maar daar hebben we een punt. Er was toch eigenlijk al een Nederlands woord voor genderneutraal? Wat is er mis met ‘onzijdig’? Ach, vooralsnog mag iedereen van mij zichzelf zijn. Of anders. Whatever! O nee, weg met de verengelsing!
Wat dan ook …